Kern+10 : nieuwe steunmaatregelen voor de zelfstandigen en de horeca
Naast de verlenging van het crisis-overbruggingsrecht en de Covid-19-ouderschapsuitkering deze zomer, zal een bijzonder overbruggingsrecht de heropstart ondersteunen van de sectoren die het zwaarst getroffen werden door de pandemie
Op initiatief van minister van Zelfstandigen en KMO’s Denis DUCARME heeft de Kern+10 gisteren een reeks nieuwe maatregelen goedgekeurd om de zelfstandigen te ondersteunen.
- Er zal een overbruggingsrecht ter ondersteuning van de heropstart worden toegekend aan de zelfstandigen die minstens een maand moesten sluiten tijdens de lockdown (horeca, evenementen of nog een deel van de niet-voedingshandel) als hun activiteit het ritme van voor de crisis niet opnieuw kon halen (daling van de omzet of de bestellingen met ten minste 10 %).
- Het crisis-overbruggingsrecht blijft behouden in juli en augustus voor de zelfstandigen die hun activiteit ten minste 7 opeenvolgende dagen moesten stopzetten door de Covid-19-pandemie. De regering zal deze maatregel trouwens tot eind december kunnen verlengen.
- De Covid-19-ouderschapsuitkering ten gunste van de zelfstandige ouders, die al werd toegekend voor de maanden mei en juni, wordt verlengd voor juli en augustus.
- Tot slot zullen de zelfstandigen die arbeidsongeschikt zijn geworden vanaf maart en diegenen die een activiteit in bijberoep toegelaten door de adviserende arts moesten stoppen, een maandelijkse uitkering van hun mutualiteit ontvangen van ten minste 1.291 euro (tegen 990 tot op heden), zelfs aan het tarief voor samenwonenden.
Minister van Zelfstandigen en KMO’s Denis DUCARME : “Het is dankzij onze zelfstandigen, onze vrije beroepen, onze kmo’s en hun werknemers dat ons land erbovenop zal kunnen komen na de crisis. Het is dus van cruciaal belang om hen te begeleiden in het kader van de heropstart van hun activiteit na deze lockdownperiode.”
“Ik wou de toekenning van een vervangingsinkomen “overbruggingsrecht” verlengen voor juli en augustus voor alle zelfstandigen die hun activiteit niet kunnen hervatten. De regering zal dit crisis-overbruggingsrecht bovendien kunnen verlengen tot eind december.”
“Een gelijkaardige vergoeding zal worden betaald aan de zelfstandigen van wie de sectoren door de overheid moesten sluiten gedurende een maand en die, in het kader van de heropstart van hun activiteiten, nog steeds strikte voorwaarden moeten naleven en een aanzienlijke daling van hun omzet kennen in vergelijking met vorig jaar. Dit zal met name het geval zijn voor veel restauranthouders of kleinhandelszaken. Een sluiting vereisen van 7 kalenderdagen om hen te kunnen laten genieten van een vergoeding zou onzin zijn!
Om de heropstart van onze zelfstandigen en onze vrije beroepen te begeleiden, heb ik ook de verlenging verkregen voor juli en augustus van het Covid-19-ouderschapsverlof waarvan de zelfstandigen al genoten voor mei en juni. Zij zullen de hervatting van hun activiteit dus kunnen blijven combineren met de opvang van hun kinderen.”
“Tot slot hebben wij erop toegezien dat de zelfstandigen in arbeidsongeschiktheid die niet konden genieten van het overbruggingsrecht, kunnen genieten van een uitkering van 1.291 euro per maand, of het maandelijks bedrag van het basis-overbruggingsrecht, tegen 990 euro tot op heden.”
- Creatie van een “overbruggingsrecht ter ondersteuning van de heropstart”
Een maatregel van minister van Zelfstandigen DUCARME is erop gericht voor sommige sectoren die in het bijzonder worden beoogd door de verbodsbepalingen beslist door de Nationale Veiligheidsraad en de regering, een “overbruggingsrecht ter ondersteuning van de heropstart” in het leven te roepen met gelijkaardige bedragen als het vervangingsinkomen.
Om van deze nieuwe regeling te genieten, moeten de zelfstandigen voldoen aan twee voorwaarden: actief zijn in een van de sectoren die het voorwerp hebben uitgemaakt, bij ministeriële besluiten, van een volledige of gedeeltelijke sluiting gedurende meer dan een kalendermaand en die tijdens hun heropening nog geconfronteerd worden met beperkingen (horeca, sommige niet-voeding kleinhandelszaken, kappers en schoonheidsspecialisten, evenementensector…), en aantonen dat de activiteit, voor het kwartaal dat voorafgaat aan de betrokken maand, een daling kent met ten minste 10% van de omzet of de bestellingen in vergelijking met hetzelfde kwartaal van vorig jaar.
Deze maatregel heeft een geraamde kost van 436 miljoen euro.
- Een vervangingsinkomen “overbruggingsrecht” in juli en augustus voor de zelfstandigen die hun activiteit nog niet kunnen hernemen
Het “overbruggingsrecht” laat zelfstandigen in hoofdberoep die hun activiteit stopzetten of onderbreken toe om te genieten van een maandelijks vervangingsinkomen van 1.291,69€ (1.614,10 € met gezinslast). De regeling, waarvan de voorwaarden versoepeld werden sinds maart op initiatief van minister DUCARME, zou verlengd moeten worden voor juli en augustus. De zelfstandigen in bijberoep en de actieve gepensioneerden van wie het jaarinkomen hoger is dan 6.996,89 euro zullen ook kunnen genieten van een volledige of gedeeltelijke uitkering, in functie van hun situatie.
Ter herinnering, de uitkering is gericht op de zelfstandigen van wie de activiteit onderbroken of beperkt is door de maatregelen genomen door de Nationale Veiligheidsraad, ongeacht de duur van de onderbreking. De zelfstandigen uit de culturele, vrijetijds- en feestsector die hun activiteiten niet zullen kunnen hernemen in fase 3 van de exit, zullen van deze uitkering blijven genieten.
De maatregel beoogt ook de andere zelfstandigen die nog na juni gesloten moeten blijven door de coronaviruscrisis. De voorwaarde bestaat er nog steeds in om gedurende ten minste 7 opeenvolgende dagen te stoppen en te kunnen verantwoorden dat deze sluiting te wijten is aan de Covid-19-crisis (daling van de activiteit, gebrek aan grondstoffen, gebrek aan rentabiliteit, enz.).
Naast deze bewijsvereisten, zullen er controles worden uitgevoerd door de Dienst Eerlijke Concurrentie (ECL) van het RSVZ die ermee belast is het opsporen van misbruik in deze dossiers op te voeren, met name via de kruising van gegevens afkomstig van andere diensten of instellingen.
De kost van deze maatregel wordt geraamd op 125,9 miljoen euro voor de maanden juli en augustus.
- Verlenging van de Covid-19-ouderschapsuitkering voor de zelfstandigen
De Covid-19-ouderschapsuitkering, waar minister DUCARME het initiatief voor nam, is gericht op de zelfstandigen in hoofdberoep die hun activiteiten in mei en juni hebben voortgezet of hervat, maar die hun activiteit moesten terugschroeven om voor een of meer kinderen jonger dan 12 jaar of met een beperking te zorgen.
Naarmate de grote schoolvakantie nadert, zijn veel zelfstandige ouders niet altijd in staat om oplossingen te vinden voor de opvang van hun kinderen.
In deze gecompliceerde context voor veel ouders die hun activiteit hebben hervat, stelde Denis DUCARME voor om de initiële steunmaatregel voor zelfstandige ouders tijdens de komende zomervakantie te verlengen (juli en augustus).
Als zij hun activiteit voortzetten of hervatten, maar deze activiteit door de Covid-19-crisis voor juli en augustus nog moeten combineren met de zorg voor hun kind(eren) jonger dan 12 jaar of met een beperking, kunnen zij aanspraak maken op de ouderschapsuitkering. En dit naar het voorbeeld van het Covid-19-ouderschapsverlof beslist voor werknemers.
Deze maatregel voorziet dat de uitkering 532,24 euro bedraagt of, indien de zelfstandige uitsluitend met een of meer kinderen ten laste samenwoont, 875,00 euro. Deze uitkering is bedoeld voor de zelfstandigen die hun activiteiten in juli en augustus voortzetten. Zij kan niet worden gecumuleerd met het vervangingsinkomen "overbruggingsrecht".
- Uitkeringssupplementen aan het tarief voor samenwonenden voor sommige zelfstandigen in arbeidsongeschiktheid
Sommige zelfstandigen zijn in arbeidsongeschiktheid, maar oefenen ook een zelfstandige activiteit uit die stopgezet is sinds maart door Covid-19. In dit geval genieten zij prioritair van arbeidsongeschiktheidsuitkeringen (waarvan het bedrag aan het tarief voor alleenstaanden op maandbasis 990,60 euro bedraagt) en niet van het overbruggingsrecht (waarvan het bedrag van de basisuitkering 1.291,69 € bedraagt).
Een ontwerp van koninklijk besluit zal toelaten het verschil (300,09 euro) te dekken in twee situaties:
- wanneer de zelfstandige erkend werd als arbeidsongeschikt ten vroegste vanaf 1 maart 2020 en vergoed wordt aan het tarief voor alleenstaanden volgens de criteria vastgelegd door de uitkeringsverzekering
- wanneer de zelfstandige erkend werd als arbeidsongeschikt (tarief voor samenwonenden) en hij zijn toegelaten activiteit ten vroegste vanaf 1 maart 2020 heeft moeten/moet stopzetten.
Kost van de maatregel: 6,5 miljoen euro.
- Meer info?
Ter herinnering, voor de aanvragen overbruggingsrecht en het Covid-19-ouderschapsverlof, zijn de sociale verzekeringsfondsen het eerste aanspreekpunt voor de zelfstandigen (Groupe S, Xerius, Liantis, Partena, Acerta, Securex-Integrity, Incozina, Multipen, L’Entraide, UCM en de Nationale Hulpkas – deze laatste is een overheidsinstantie).
Daarnaast stelt het RSVZ een callcenter ter beschikking van de zelfstandigen die meer informatie wensen over hun sociale rechten of over de steunmaatregelen van de federale overheid. Het gratis nummer 0800/12.018 is bereikbaar van maandag tot vrijdag van 8u30 tot 12u en van 13 tot 17 uur (op vrijdag tot 16u).
Voor de maatregel inzake de uitkeringen, is de mutualiteit het eerste aanspreekpunt voor de zelfstandigen.
- Andere steunmaatregelen voor de horeca:
Naast deze verschillende maatregelen ten gunste van de zelfstandigen, heeft de Kern+10 een reeks maatregelen goedgekeurd om de horeca te ondersteunen, “een belangrijke werkgever die ook bijdraagt aan de gezelligheid van onze steden en onze dorpen”, herhaalt minister van Zelfstandigen en KMO’s Denis DUCARME.
Van deze maatregelen die samen met minister van Financiën Alexander De Croo werden verdedigd, citeren we met name:
- een verlaging van de btw naar 6% op maaltijden en alcoholvrije dranken tot 31 december 2020
- een “consumptiecheque” van 300 euro, volledig aftrekbaar en belastingvrij, zal kunnen worden toegekend door de werkgever voor de aankoop van goederen en diensten in bepaalde sectoren, waaronder de horeca.