Persbericht

Raad van de Ministers van Landbouw

Tijdens de vergadering van de Raad van de Ministers van Landbouw en Visserij van de Europese Unie op maandag 26 januari hebben de Belgische federale en regionale ministers van Landbouw de commissaris belast met Landbouw erop gewezen dat het van cruciaal belang is maatregelen te nemen om de rampzalige economische effecten van het Russische embargo op de Europese landbouwproducten te verminderen.

Zoals al aangehaald tijdens vorige raden, voelt België, net zoals andere lidstaten, nu bijna een jaar de effecten van het Russische embargo.  Vooral de sectoren fruit, varkensvlees en melk zijn hier de slachtoffers van. Meer bepaald voor melk en varkensvlees zijn de prijzen sterk gedaald en werden er geen specifieke maatregelen genomen. De producenten worden steeds ongeruster, zelfs wanhopig. Bovendien staat de  varkensvleessector al langer onder druk  en moet  de melksector het hoofd bieden aan het einde van de quota.

De Belgische federale en regionale ministers van Landbouw hebben onderstreeptdat de maatregelen die tot dusver werden genomen door de Commissie ontoereikend zijn.

We moeten maar een blik werpen op de evolutie van de marktprijzen in België om dat te begrijpen.

  • De gemiddelde prijs van appelen (alle variëteiten en van elke kwaliteit) was in december 2014 42% lager dan de gemiddelde prijs in december 2013;
  • de prijs van mageremelkpoeder is met 31,75% gedaald tussen het begin van het Russische embargo in augustus en eind december 2014;
  • de gemiddelde prijs van varkensvlees is met 14% gedaald tussen eind 2013 en eind 2014. 

De maatregelen die zeer snel door de Commissie werden genomen, hebben het zeker mogelijk gemaakt om de effecten van het embargo te verminderen voor de fruitsector, of om ze uit te stellen in de tijd. Maar zij hebben het niet mogelijk gemaakt – of zullen het niet mogelijk maken – om zware moeilijkheden of een crisis te vermijden in sommige sectoren.

De de Belgische federale en regionale ministers van Landbouw hebben altijd benadrukt dat het inkomen van een landbouwer niet wordt bepaald door de marktprijs, maar door de winstmarge die hij haalt uit zijn productie.

Voor België is een sector in crisis wanneer, gedurende een bepaalde periode, de marktprijzen de producent geen toereikende winstmarge meer bieden en het daardoor niet meer mogelijk is om de normale productiekosten te dekken EN een minimaal inkomen over te houden.

Het objectieve criterium om te weten of we met een crisis worden geconfronteerd, zou dus een drempel zijn, die variabel is per product en per geografisch gebied. Als de winstmarges onder die drempel zouden duiken, worden de overlevingskansen van bedrijven en de bestendigheid van de sectoren in gevaar gebracht.

De huidige interventieprijzen zijn achterhaald en staan volledig losvan de productiekosten. Zij moeten absoluut herzien worden, dynamischer worden gemaakt, om  een echt vangnet te kunnen vormen.

De Belgische federale en regionale ministers van Landbouw hebben onderstreeptdat er tegelijkertijd op middellange EN korte termijn moet worden gewerkt.

We moeten onmiddellijk tot actie overgaan op basis van de volgende twee assen:

Op middellange termijn:

Ten eerste: De metingen van het prijzenobservatorium uitbreiden naar de productiekosten, en dus naar de marges.

Ten tweede: Meetprocedures voor de referentieproductiekosten opstellen per product en per geografisch gebied, alsook winstmarges bepalen die onontbeerlijk zijn voor het overleven van bedrijven.

Met deze tools zal het mogelijk zijn om de crisisdrempels te bepalen en om te komen tot preventieve maatregelen en maatregelen voor crisisbeheer.

Op korte termijn moeten we een antwoord bieden op de effecten van het Russische embargo.

Voor de sector fruit en groenten moeten we de maatregelen voortzetten die al werden geactiveerd en de budgetten voorzien in 2014 volledig benutten. 

Voor de sector melk en zuivelproducten is het nodig om nu het taboe weg te werken op de herziening van de interventieprijs voor melk.

We moeten nu beginnen nadenken over een evolutiemechanisme voor de interventieprijzen dat het mogelijk zal maken om een herhaling van de crisis van 2009 te vermijden.

Tot slot stelt België voor de varkensvleessector twee onuitgegeven maatregelen voor, die, samen, een tijdelijke vermindering met 2% zouden mogelijk maken van het varkensvleesaanbod.

De Belgische federale en regionale ministers van Landbouw hebben aan de Commissie gevraagd om alle nodige maatregelen in die zin te nemen.